Algemeen
In deze paragraaf gaan wij in op de uitvoering van de gemeentelijke treasuryfunctie. Deze vindt plaats binnen de kaders die gesteld zijn in de Wet financiering decentrale overheden (Wet Fido) en de Regeling Uitzettingen en derivaten decentrale overheden (Ruddo). In de Wet Fido staat risicobeheersing en transparantie centraal. Risicobeheersing richt zich op renterisico's, kredietrisico's en valutarisico's. De transparantie komt tot uitdrukking in de voorschriften voor een verplicht financieringsstatuut en een financieringsparagraaf in de begroting en in de jaarrekening. De Ruddo beperkt zich tot regelgeving omtrent het uitzetten van gelden.
In deze paragraaf geven wij inzicht in de rentelasten, het renteresultaat, de financieringsbehoefte en de wijze waarop rente aan investeringen, grondexploitaties en taakvelden wordt toegerekend.
Ontwikkelingen
Het afgelopen jaar is de schuldpositie van de gemeente opgelopen van 128 miljoen naar 171 miljoen. Op basis van de verwachte cashflow, vooruitlopend op een aantal grote investeringen én vanwege de inschatting dat de rente op langlopende leningen zou kunnen gaan stijgen, is in 2022 een fors bedrag aan leningen aangetrokken. Het afgelopen jaar was het bedrag aan aflossingen (5 mln) fors lager dan de nieuw aangegane leningen (47 mln).
Uiteraard zitten er schommelingen in de gemeentelijke cashflow en ontstaan er tussentijds overschotten; deze middelen zijn tijdelijk gestald bij het rijk en worden ook kortdurend uitgeleend aan andere gemeenten. Daarbij hebben we altijd voldaan aan de limiet voor het schatkistbankieren (dat niet meer dan gemiddeld 2% van het begrotingstotaal buiten de schatkist gehouden mag worden).
Daarnaast zagen we het afgelopen jaar een omslag in de rente; was deze jarenlang erg laag (voor kortlopende financieringen zelfs een periode negatieve rente), sinds halverwege 2022 is de rente gestegen naar 'normale waarden.
Leningenportefeuille
De omvang van de portefeuille is dit jaar toegenomen met per saldo € 20 miljoen.
De portefeuille telt op 31 december 2022:
- Opgenomen langlopende geldleningen met een totale omvang van € 171 miljoen;
- Opgenomen kortlopende geldleningen met een totale omvang van € 0 miljoen;
- Uitgezette langlopende geldleningen met een totale omvang van € 4,7 miljoen;
- Deze bestaan voornamelijk uit startersleningen (€ 4,5 miljoen) leningen aan deelnemingen en maatschappelijke organisaties.
- Uitgezette kortlopende geldleningen met een totale omvang van € 21,6 miljoen;
- het saldo in rekening- courant (schatkist) bedraagt 30 mln;
- De portefeuille bevat geen derivaten.
Onderstaande tabel toont het verloop in de portefeuilleomvang van de afgelopen jaren: | ||||
(Bedragen x € 1.000) | ||||
---|---|---|---|---|
Portefeuille omvang | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
Opgenomen gelden (O/G) | ||||
Gelden < 1 jaar | -6.000 | 0 | -15.000 | 0 |
Gelden > 1 jaar | -138.500 | -131.500 | -128.500 | -171.000 |
Totaal aan- getrokken | -144.500 | -131.500 | -143.500 | -171.000 |
Mutatie in portefeullie O/G | -9.000 | -13.000 | 12.000 | 27.500 |
Uitgezette gelden (U/G) | ||||
Uitgezette gelden lang | 4.725 | 4.372 | 4.697 | 4.681 |
Uitgezette gelden kort | 0 | 0 | 0 | 21.600 |
Saldi in rekening-courant | 12.675 | 7.561 | 4.067 | 29.802 |
Totaal U/G | 17.400 | 11.933 | 8.764 | 56.083 |
Mutatie in portefeuille U/G | 1.235 | -353 | 325 | 55.758 |
Totaal portefeuille | -127.100 | -119.567 | -134.736 | -114.917 |
Mutatie in portefeuille totaal | 11.034 | 7.533 | -15.169 | 19.819 |
Schuldpositie
In bovenstaande tabel is te zien dat de schuldpositie weer oploopt. Met de geplande investeringen voor de komende jaren zal de schuldpositie naar verwachting de komende jaren nog verder toenemen tot maximaal € 200 miljoen. Dit bedrag ligt nog ruim onder de door de VNG als kritieke grens voor schuldpositie, te weten een bedrag van € 285 miljoen (gebaseerd op een percentage van 130 van het begrotingstotaal).
In onderstaande grafiek wordt een overzicht gegeven van de ontwikkeling van de schuldpositie in de afgelopen jaren (bedragen x € 1.000.000).
Portefeuilleresultaat
Het portefeuilleresultaat is negatief omdat er meer is aangetrokken dan uitgezet. Met € 2,7 miljoen is het nagenoeg gelijk aan het begrote resultaat. Het negatieve portefeuilleresultaat is ongeveer gelijk aan het jaar ervoor. Dit is een combinatie van het aflossen van een lening tegen relatief hoge rente en het aantrekken van een hoger bedrag aan leningen tegen lagere rente. Daardoor is het gemiddelde rentepercentage over alle leningen gezamenlijk over het gehele jaar dan ook verder gedaald, van 2,42% naar 1,73%.
Daarnaast is een tijdelijk financieringsoverschot dit voorjaar beschikbaar gesteld in de vorm van kasgeldleningen, tevens ontvangen we sinds jaren weer rente op het saldo bij de schatkist.
In de onderstaande tabel worden de portefeuilleresultaten van de afgelopen jaren aangegeven: | ||||
(Bedragen x € 1.000) | ||||
---|---|---|---|---|
Rente resultaat portefeuille | 2019 | 2020 | 2021 | 2022 |
Opgenomen gelden (O/G) | ||||
Rente kortlopende geldleningen | 5 | 13 | 72 | 8 |
Rente langlopende leningen | -4.594 | -4.132 | -2.845 | -2.845 |
Totaal rente-uitgaven | -4.589 | -4.119 | -2.773 | -2.837 |
Kosten portefeuille O/G | 3,13% | 2.89% | 2,42% | 0 |
Uitgezette gelden (U/G) | ||||
Totaal (lang) belegd | 4.725 | 4.372 | 4.697 | 4.681 |
Rente kortlopende leningen | 9 | 3 | 0 | 51 |
rente schatkist | 0 | 0 | 0 | 14 |
Rente langlopende leningen | 96 | 64 | 67 | 60 |
Totaal rente-inkomsten | 105 | 67 | 67 | 125 |
Gesaldeerd totaal portefeuille resultaat | -4.484 | -4.052 | -2.706 | -2.712 |
Financieringsbehoefte
In 2022 is één langlopende lening geherfinancierd. Ook de komende paar jaar vervalt nog een aanzienlijk deel van de portefeuille aangetrokken langlopende geldleningen. Gezien de toenemende rente in de laatste periode van 2021 is besloten waar mogelijk leningen die in de komende jaren vervallen, nu al te herfinancieren. Dit is voor een aantal leningen begin 2022 en voor leningen die nog ingaan in 2023 en 2024 gedaan, waarmee we zekerheid hebben over lagere rentelasten voor de komende jaren.
Rentetoerekening
bij de verwerking van rente in de begroting hanteren we de richtlijnen zoals opgenomen in de BBV-Notitie rente. Een van de vastgestelde regels betreft de toepassing van de omslagrente. De werkelijke rentelasten worden hier toegerekend aan de taakvelden door middel van de omslagrente. Deze omslagrente wordt berekend door de werkelijke rentelasten te delen door de boekwaarde per 1 januari van de vaste activa die integraal zijn gefinancierd.
De gemeente heeft in 2022 daadwerkelijk gemiddeld 1,73% rente betaald over de aangetrokken geldleningen. Als deze betaalde rente wordt afgezet tegen de totale boekwaarde van de vaste activa (die dus ook deels gefinancierd is uit eigen middelen) komt het omslagrentepercentage in 2022 uit op 1,0%.
In Nieuwegein hanteren we alleen totaalfinanciering. We maken géén gebruik van projectfinanciering (waarbij voor specifieke projecten expliciet financiering wordt aangetrokken en de rente daarvan rechtstreeks wordt toegerekend aan het betreffende project). Er wordt geen rente toegerekend aan voorzieningen en reserves.
Onderstaand het renteschema 2022 zoals door de commissie BBV is aanbevolen:
Renteschema BBV | |
---|---|
(bedragen x € 1.000) | 2022 |
De externe rentelasten over de korte en lange financiering | 2.844 |
De externe rentebaten over de korte en lange financiering | 185 |
saldo rentelasten en baten | 2.659 |
rente die aan de grondexploitatie moet worden toegerekend | 367 |
aan taakvelden toe te rekenen externe rente | 2.292 |
de aan taakvelden toegerekende rente (renteomslag) | 2.400 |
renteresultaat op het taakveld treasury | -108 |
Risicoprofiel
Kasgeldlimiet
Ter beheersing van het renterisico op kortlopende schulden is in de Wet Fido de kasgeldlimiet ingesteld. Deze moet voorkomen dat gemeenten te veel kort geld lenen waardoor bij een sterke stijging van de rente de rentelasten ineens explosief zouden toenemen. We hebben in het begin van 2022 nog gebruik gemaakt van kasgeldleningen, daarna niet meer en zijn we in de positie gekomen om kasgeldleningen te verstrekken. Daarmee is de deze kasgeldlimiet niet overschreden.
Renterisiconorm
Onder renterisico wordt verstaan de mate waarin het saldo van de rentelasten en de rentebaten verandert als gevolg van wijzigingen in het rentepercentage op leningen en uitzettingen.
Ter beheersing van het renterisico op langlopende schulden is in de wet Fido de renterisiconorm opgenomen. Deze norm beoogt een zodanige opbouw van de leningenportefeuille dat het renterisico als gevolg van renteaanpassing en herfinanciering van leningen wordt beperkt. Volgens deze norm mag de te herfinancieren schuld in enig jaar niet meer bedragen dan 20% van het begrotingstotaal, zodat voor Nieuwegein voor 2022 de norm ongeveer € 44 miljoen bedraagt. Er is slechts voor € 5 miljoen geherfinancierd, dus daarmee zijn we ruimschoots binnen de norm gebleven.
Kredietrisico
De omvang van de portefeuille beleggingen van de gemeente Nieuwegein is gering, van eerdere jaren resteert nog slechts een drietal kleinere langlopende beleggingen, één bij een verbonden partij en twee uit het oogpunt van maatschappelijk belang. De risico's op deze beleggingen zijn beperkt. Daarnaast staat er ultimo 2022 bijna € 6,4 miljoen aan startersleningen uit. De hoofdsommen hiervan zijn afgedekt via de Nationale Hypotheek Garantie.
Als gevolg van het verplichte schatkistbankieren mogen overtollige middelen verder uitsluitend bij het rijk of bij andere lagere overheden worden uitgezet. Dat betekent dat ook in de toekomst eventuele kredietrisico’s beperkt zullen zijn. De enige uitzondering is nog gemaakt voor uitzettingen ingevolge de publieke taak.