Prestatie- en effectindicatoren

Aantal inwoners met een beperking dat mee doet aan vrij toegankelijke activiteiten

Aantal plaatsingen van inwoners met een bijstandsuitkering dat betaald werk vindt

Aantal plaatsingen van inwoners met een bijstandsuitkering dat onbetaald werk vindt

Het percentage voortijdige schoolverlaters van 12 tot 23 jaar in het voorgaande schooljaar

Tevredenheid inwoners over informatieve waarde sociale kaart

Aantal aanmeldingen bij het outreachteam

Kinderen uit gezinnen met problematische schulden hebben een stadspas

Aantal verschillende formele cursussen Laaggeletterdheid, lokaal

Aantal verschillende formele cursussen Laaggeletterdheid, regionaal

- Begin 2022 hadden we nog te maken met de Covid-perikelen waardoor vrijwilligersorganisaties minder open stonden om inwoners te ontvangen.
- In 2022 zijn er meer inwoners uitgestroomd naar betaald werk door de gunstige arbeidsmarkt. Waar voorheen inwoners nog een ontwikkeltraject in gingen door het doen van vrijwilligerswerk, waren er meer mogelijkheden om direct betaald aan het werk te gaan. Daardoor zijn inwoners minder snel doorgestroomd naar onbetaald werk en is het aantal lager dan verwacht.

Dit is dus hoger dan de prognose. Het landelijk gemiddelde is 1,8%. Verklaring voor verhoging is toegenomen problematiek onder jongeren. De meeste jongeren kunnen uiteindelijk wel beter aan het werk komen of gaan terug naar school na ondersteuning.

Van de inwoners die gebruik hebben gemaakt van de sociale kaart heeft driekwart gevonden wat men zocht. Echter 95% van de respondenten die hebben deelgenomen aan de Monitor Sociale Kracht geeft aan geen gebruik te maken van de sociale kaart, de bekendheid en de bezoekersaantallen van de sociale kaart zijn de laatste tijd afgenomen. Zie ook de toelichting bij activiteit 1, doel 3, thema Versterking Eigen Kracht (2.1.5.2).

Het aantal meldingen is hoger dan vooraf gedacht doordat:

• het outreachteam steeds beter wordt gevonden door partners in de stad;
• na de opheffing van de corona-lockdowns inwoners weer meer in beeld komen bij partners in de stad;
• sowieso het landelijke beeld dat de aantallen zorgmijders/onbegrepen gedrag toenemen; dit is ook te zien in de toename van het aantal meldingen bij het Meld- en Adviespunt Bezorgd.

Er zijn meer cursussen Laaggeletterdheid gegeven dan gepland. Dit heeft te maken met het doorschuiven van cursussen vanuit 2021 naar 2022 vanwege een misverstand bij de gemeente Utrecht over de beschikbare financiële middelen. Na correctie door de gemeente Utrecht waren er meer lokale middelen beschikbaar (zie ook indicator 9). Dit in combinatie met het bestaan van een wachtlijst was reden om meer cursussen aan te bieden.

Het percentage jongeren, 0-18 jaar, dat ondersteuning heeft ontvangen

Inwoners met een beperking of een tijdelijke problematiek gaan zelfstandig wonen vanuit een intramurale setting

Het percentage jongeren in de leeftijd tot 27 jaar dat na begeleiding door WIL en RMC vanuit het Jongerenloket onderwijs volgt of werkt

Aantal uit-huis-geplaatste kinderen dat verblijft in residentiële voorzieningen

Aantal uit-huis-geplaatste kinderen dat verblijft in gezinsvormen (exclusief logeren)

Aantal onderwijsvrijstellingen van de leerplicht (2)

13,1% (betaald) 14,1% (beschikt) = gemiddeld 13,6%

We hebben onze taakstelling voor Beter Wonen gehaald door 36 woningen op jaarbasis te bestemmen voor inwoners die uitstromen uit maatschappelijke opvang en beschermd wonen. Daarnaast hebben we 14 extra woningen “living lab eerst een thuis” in het Meanderpark gerealiseerd, dit is een vorm van het voorkomen van dakloosheid door inwoners met (dreigende) dakloosheid en een hulpvraag een woning aan te bieden.

De arbeidsmarkt is krap waardoor de ‘sterke’ jongeren niet naar Jongerenloket komen voor ondersteuning. De jongeren die wel komen hebben meestal meer ondersteuning nodig om door te stromen naar werk of opleiding dan het Jongerenloket zelf kan bieden.

Verklaring in stijging aantallen (met name bij verblijf in woongroepen) is deels gelegen in de toepassing van het woonplaatsbeginsel. Per 1 januari 2022 is het nieuwe woonplaatsbeginsel van kracht waarbij voor Jeugdhulp met verblijf de gemeente verantwoordelijk is waar de jeugdige onmiddellijk voorafgaande aan zijn verblijf zijn woonadres had in de zin van de Wet basisregistratie personen. Hierdoor heeft er een herverdeling plaatsgevonden wat de stijging in het aantal deels kan verklaren.

• Verblijf woongroepen: unieke cliënten betalingen 40. Unieke cliënten indicaties 42, Gemiddeld 41
• Essentiële functies: unieke cliënten betalingen 39. Unieke cliënten indicaties 51, Gemiddeld 45

Totaal 41 + 7 = 48

Verklaring in stijging aantallen is deels gelegen in de toepassing van het woonplaatsbeginsel. Per 1 januari 2022 is het nieuwe woonplaatsbeginsel van kracht waarbij voor Jeugdhulp met verblijf de gemeente verantwoordelijk is waar de jeugdige onmiddellijk voorafgaande aan zijn verblijf zijn woonadres had in de zin van de Wet basisregistratie personen. Hierdoor heeft er een herverdeling plaatsgevonden wat de stijging in het aantal deels kan verklaren.

Gezinsvormen

• Gezinshuis: 7
• Pleegzorg (inspanningsgericht): 79

Kan telkens voor een schooljaar of korter worden afgegeven op basis van psychische en lichamelijke klachten van een kind. Aantal fluctueert gedurende het jaar, dit is het gemiddelde.

Het aantal incidenten met personen met verward gedrag *

Aantal veiligheidstaxaties van ingekomen meldingen huiselijk geweld (over volwassenen (18+) bij Veilig Thuis

Aantal veiligheidstaxaties van ingekomen meldingen huiselijk geweld en kindermishandeling (minderjarigen (18-) bij Veilig Thuis

Aantal begeleidingen (drang) door Samen Veilig Midden-Nederland

Aantal casussen waar gemeente keten-regie (CMPG en PGA), uitgesplitst naar: aantal actieve zaken in dat jaar

Aantal casussen waar gemeente keten-regie (CMPG en PGA), uitgesplitst naar: aantal advieszaken

Uitsplitsing

• Complexe multiprobleem gezinnen: 16
• Groepsaanpak: 25
• Persoonsgerichte aanpak: 43
• Woonoverlast: 67